Studiefinanciering voor studenten in de masterfase afgeschaft
Last student neemt met minstens 3200 euro toe, maar is geen garantie voor beter onderwijs.
Vandaag verstuurde staatssecretaris Zijlstra het wetsvoorstel 'Studeren is Investeren' naar de Tweede Kamer. In dit wetsvoorstel verliezen studenten in de masterfase hun basisbeurs. Dit betekent voor één-, twee- of driejarige masterstudenten in de masterfase respectievelijk een lastenverzwaring van 3200, 6400 of 9600 euro. Daarbovenop wordt het recht op een ov-kaart ingekort en verliezen 17.500 studenten hun aanvullende beurs. Het Interstedelijk Studenten Overleg (ISO) constateert dat de studenten meer moeten investeren, maar daar staat geen beter onderwijs tegenover.
"De afgelopen jaren zijn de uitgaven per student al drastisch teruggelopen, deze tendens zet zich de komende jaren voort omdat de studentenaantallen in het hoger onderwijs blijven toenemen," aldus Sebastiaan Hameleers, voorzitter van het ISO. "De staatssecretaris beweert dat het vrijgekomen geld de kwaliteit van het hoger onderwijs een impuls zal geven. Dat is echter maar één kant van het verhaal." De studenten in de masterfase worden per 1 september 2012 geconfronteerd met hogere kosten, maar krijgen daarvoor niet betere docenten of een hoger aantal contacturen. Studeren is investeren, maar deze investering lijkt vooralsnog een wassen neus. In samenspraak met studenten heeft het ISO een alternatief geschreven om de scherpe randen van het wetsvoorstel te wijzigen.
In het alternatief van het ISO staat verder dat studenten juist in de laatste fase van de studie gebruik moeten kunnen maken van een ov-kaart. Studenten lopen dan vaak stage of studeren aan verschillende instellingen. De staatssecretaris gaat deze ruimte nu sterk ontmoedigen.
Aantal bètastudenten onder druk
"In vergelijking met andere masterstudies komen de bètaopleidingen en andere meerjarige masters verder onder druk te staan. Juist nu we deze bèta's zo hard nodig hebben gaat het Kabinet tegenstrijdig beleid voeren," zegt Hameleers. Wij stellen daarom voor om deze studenten nog één jaar een basisbeurs toe te kennen. Wanneer blijkt dat in de volgende bezuinigingsronde ook de basisbeurs in de bachelorfase zal verdwijnen, dan zullen wij hiertegen actievoeren. Afschaffing van de basisbeurs als bezuiniging is voor ons onbespreekbaar."